
Natuurgebied Hoeksmeer
Het Hoeksmeer ligt net onder Garrelsweer. Het meer wordt omgeven door de graslanden die van nat naar droog verlopen. Een oude kreekloop (Katerhalstermaar) loopt door het gebied. In het voorjaar ontstaan er door verdroging slikkige oevers. In de winter is het gebied erg nat.
Neem alvast een kijkje
Het Hoeksmeer wordt in het voorjaar geleidelijk droger waardoor slikoevers ontstaan. Deze werken als een magneet op steltlopers als Grutto, Kluut, Kievit en Tureluur maar trekken ook Kleine Plevier en Gele Kwikstaart. In het voorjaar blijft het gebied vochtig zodat de grond niet te hard wordt en de wormen niet te diep gaan zitten. Bij het Hoeksmeer klinken op mooie voorjaarsdagen de geluiden van het ouderwetse weidelandschap. Baltsende Kieviten, Grutto’s, Tureluurs en het eindeloze lied van de Veldleeuwerik. Naast deze weide- en akkervogels broeden er ook veel watervogels zoals Zomertaling, Wintertaling, Bergeend, Slobeend en Krakeend. Wat later in het voorjaar is het een fraai gezicht als je een Bergeend met haar prachtige dons jongen ziet zwemmen.
Het Hoeksmeergebied is in…
Het Hoeksmeer wordt in het voorjaar geleidelijk droger waardoor slikoevers ontstaan. Deze werken als een magneet op steltlopers als Grutto, Kluut, Kievit en Tureluur maar trekken ook Kleine Plevier en Gele Kwikstaart. In het voorjaar blijft het gebied vochtig zodat de grond niet te hard wordt en de wormen niet te diep gaan zitten. Bij het Hoeksmeer klinken op mooie voorjaarsdagen de geluiden van het ouderwetse weidelandschap. Baltsende Kieviten, Grutto’s, Tureluurs en het eindeloze lied van de Veldleeuwerik. Naast deze weide- en akkervogels broeden er ook veel watervogels zoals Zomertaling, Wintertaling, Bergeend, Slobeend en Krakeend. Wat later in het voorjaar is het een fraai gezicht als je een Bergeend met haar prachtige dons jongen ziet zwemmen.
Het Hoeksmeergebied is in de winter kletsnat. Op het meer kan men dan naast grote aantallen Smienten, Slobeenden en Wintertalingen ook bijzondere soorten zien als Pijlstaart, Grote Zaagbek en Nonnetje. Op de omliggende graslanden zijn in de winter altijd groepen ganzen aanwezig. Op het eerste gezicht allemaal Kolganzen maar als je goed kijkt zitten er soms bijzondere soorten tussen, zoals Roodhals- en Dwerggans, Groenlandse Kolgans en Kleine Rietgans. Tijdens de trekperiodes wordt de kennis van steltlopers flink op de proef gesteld met soorten als Groenpootruiter, Watersnip, Oeverloper, Bosruiter en Witgatje. Lepelaars, gemakkelijk te herkennen, worden ook vaak gezien. Natuurmonumenten werkt samen met boeren uit de nabije omgeving. In overleg met elkaar wordt maatwerk voor de vogels geleverd. Ruige stalmest wordt op het land uitgereden en waar weidevogels broeden wordt niet gemaaid. Op deze manier onstaan graslanden met veel insecten, zodat de kuikens genoeg eten kunnen vinden.
Het Hoeksmeer is het best te bereiken via Ten Post en Wittewierum of via Garrelsweer (over Hoeksmeersterweg en Meedenweg). Het gebied heeft geen wandelpaden maar vanuit een auto zijn de vogels uitstekend te observeren.